Vrienden van het Diemerbos

 

 

 

ZIENSWIJZE OMGEVINGSVISIE AMSTERDAM

De Stichting Vrienden van het Diemerbos heeft met waardering kennis genomen van de concept omgevingsvisie van de gemeente Amsterdam. Het concept geeft ons aanleiding tot het maken van de volgende bemerkingen. Wij leggen daarbij accenten en geven wat aanvullingen.

Vergroening

Eén van de centrale thema's van de omgevingsvisie is 'het rigoureus vergroenen' van de stad. Om meer dan één reden is dit noodzakelijk. Een groene omgeving is bewezen van belang voor het welzijn van de bewoners. Het mes van vergroening snijdt aan diverse kanten en steeds met uiteindelijk steeds een positieve uitkomst voor het welzijn de bewoners van de stad.

Bij de ruimtelijke ontwikkeling van Amsterdam is dit altijd een leidend principe geweest. Al vroeg in de geschiedenis was de aanplant van bomen op de grachten gebruikelijk. Bij de ruimtelijke opzet van Amsterdam in lobben en scheggen werd de verdeling van groen en grijs verder uitgewerkt. De verstedelijking is voortgegaan. Bij de huidige discussie over de ontwikkeling van de scheggen wordt deze gedachtevorming van lobben en scheggen over de grenzen van de gemeente Amsterdam heen getild.

Wij wijzen erop - zoals in de omgevingsvisie eveneens wordt aangestipt - dat voor effectuering hiervan complexe afspraken tussen de betrokken gemeenten gemaakt moeten worden. De ambities van de Omgevingsvisie strekken zich uit tot de gemeenten binnen het gehele metropoolgebied. Gezien de tijdshorizon van 2050 die in de visie wordt neergezet, betekent dit ook meerjarige afspraken. Wij stellen daarbij de vraag in hoeverre deze lange termijn afspraken passen binnen de democratische autonomie van de betrokken gemeenten. Iedere vier jaar zullen de ingrijpende afspraken over de verdeling van de ruimte na verkiezingen voor de gemeentebesturen herbevestigd moeten worden. De complexiteit wordt nog versterkt door de financiële gevolgen die de afspraken voor de verschillende gemeenten zullen hebben.

De Omgevingsvisie zal aan moeten geven hoe de bestuurlijke borging gerealiseerd gaat worden.

Vergroening van de gebouwde omgeving betekent ons inziens ook dat het groen van de scheggen de gemeente ingebracht moet worden. Verticaal groen en de aanleg van groene daken helpen de biodiversiteit. Verder wordt hiermee de klimaatcrisis bestreden. Dit door de opvang van CO2 in verband met de bestrijding van de opwarming maar ook door het adaptief karakter. Er zal in toenemende mate behoefte zijn aan afkoeling en ook aan opvang en berging van toenemend hemelwater.

Wij waarderen het dat deze ambitie met alle innovatieve impulsen voor de hele ruimtelijke- en volkshuisvestingssector in de omgevingsvisie is verwerkt.

Verdichting

In de Omgevingsvisie wordt de ambitie uitgesproken voor de bouw van 150.000 woningen, die aan 250.000 Amsterdammers onderdak moeten gaan bieden. Deze verdichtingambitie is in lijn met decennia verdichtingbeleid van achtereenvolgende gemeentebesturen.

Voor de realisering van deze ambitie zal veel ruimte nodig zijn. Deze is deels te verkrijgen door het omzetten van kantoorruimte in woonruimte. De afname in het gebruik van kantoorruimte door de coronacrisis zal ook nadat de ernst van deze pandemie verminderd is deels blijvend zijn. Langs deze lijn zullen echter niet alle nieuwe woningen gerealiseerd kunnen worden. Ons inziens zal de aanpak van de scheefgroei in de woningverdeling aanvullend bij kunnen dragen aan de huisvesting van de genoemde 250.000 Amsterdammers. Door de vergrijzing wonen veel mensen in te grote woningen. Aanbod van aantrekkelijke kleinere woningen aan ouderen zal de beschikbaarheid van grotere woningen voor gezinsvormende Amsterdammers vergroten en zo de scheve verdeling terug kunnen dringen.

 

Ruimtelijke vernieuwing en leefbaarheid

Bij het zoeken naar locaties voor woningbouw doet zich voor de regio Amsterdam het grote probleem voor van het uit zijn krachten gegroeide Schiphol met als gevolg daarvan de verstoorde woonkwaliteit van de Amsterdammers door de geluidoverlast en de uitstoot van fijnstof. Recente onderzoeken door het RIVM en de GGD tonen de gevolgen van het luchtverkeer voor de gezondheid van mensen die onder de start- en landingsbanen wonen aan.

Wij dringen er bij het gemeentebestuur van Amsterdam op aan, dat zij als aandeelhouder van Schiphol zich in zal zetten om de overlast van Schiphol terug te brengen.

 

Verminderen van het luchtverkeer en een verdere reductie van het gebruik van de meest overlastgevende banen als de Oostbaan, de Buitenveldertbaan en de Zwanenburgbaan zal tot een grote verbetering van het woon- en leefklimaat in de stad bijdragen. Daarbij merken wij op. dat de bijdrage, die de luchtvaart levert aan de Amsterdamse economie volgens diverse rapporten in de loop der jaren van steeds geringere betekenis is. Vanuit het economisch oogpunt is er geen enkele reden om de HUB functie van Schiphol in stand te houden. Alleen voor het bedrijfsbelang van de luchtvaartmaatschappij Air France-KLM is het HUB model van belang. Maar een bedrijfsbelang is niet hetzelfde als het publiek belang, dat de overheid geacht wordt te dienen.

Verdichting om de groei van de bevolking met woningbouw te kunnen faciliteren is naar de mening van de Vrienden van het Diemerbos maatschappelijk onverantwoord als niet tegelijkertijd de verstoring van het woon- en leefklimaat door de luchtvaart wordt aangepakt.

 

Energietransitie

Een belangrijke opdracht voor de omgevingsvisie is het ruimtelijk faciliteren van de omschakeling van fossiele energie naar stromingsenergie als zon en wind. Het vinden van locaties voor zonneparken en het opstellen van windvermogen vormen daar momenteel de centrale thema's in. Wij maken op dit onderdeel de volgende opmerkingen.

In de eerste plaats ervaren wij de huidige discussie over windmolens en zonneweiden als losgezongen van het onderwerp waarvoor dit vermogen een oplossing zal moeten zijn. De opwarming van de aarde als gevolg van de steeds toenemende uitstoot van CO2, die op zich weer het gevolg is van onze economische ontwikkelingen, die op haar beurt weer wordt ingegeven door de industrialisatie, die werkprocessen moet vereenvoudigen, waarbij arbeid wordt vervangen door geautomatiseerde processen met behulp van energiebronnen, bedreigt de menselijke soort zijn eigen biotoop. Naar onze mening wordt te snel gegrepen naar het middel van transitie naar andere energiebronnen dan de fossiele. Terugdringen van behoefte aan energie en hergebruik van energie horen ons inziens prioriteit te hebben gevolgd door energiebesparing. Verdichting van woningbouw dringt de verplaatsingsbehoefte terug. Isolatie van woningen drukt de warmtebehoefte terug, energie-efficiënt vervoer drukt verspilling in het vervoer terug. En zo zijn er veel schakels om aan energie-efficiency te winnen. Het opstellen van windmolens en zonneparken - wat in het spraakgebruik doorgaans verstaan wordt onder de energietransitie - vormen daarbij de laatste schakels.

Bewoners kunnen de dreiging van de klimaatcrisis over het algemeen goed meevoelen. Als het opstellen van wind- en zonvermogen in discussie gebracht wordt met alleen het onderwerp van "waar" dit dan gerealiseerd moet worden, komt de oplossing al gauw in beeld als een voor betrokkene gevoelig probleem. De oplossing wordt het probleem op het moment dat het probleem waarvoor het de oplossing moet zijn uit beeld raakt.

Wij adviseren om de energie doelstelling te plaatsen in een veel bredere belangenafweging.

 Ook de Vrienden van het Diemerbos zijn van mening dat het opstellen van nieuw wind- en zonvermogen onvermijdelijk zal zijn om de klimaatcrisis aan te kunnen pakken. Er zijn echter voorliggende maatregelen. Deze liggen overigens niet alleen in de sfeer van de gemeentelijke bevoegdheden, maar ook in die van de rijksoverheid. Een adequate beprijzen van CO2 uitstoot en op zijn minst een gelijkwaardige beprijzing van brandstof zijn daar onderdeel van. Wat dat laatste betreft kunnen wij niet volgen waarom de kerosine, die in de luchtvaart wordt gebruikt niet met accijnzen wordt belast en ook waarom geen BTW wordt geheven op vliegtickets terwijl de luchtvaart tot de meest vervuilende industrieën gerekend wordt.

 

Namens de Stichting Vrienden van het Diemerbos

 

Lourens Burgers

voorzitter a.i.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Reacties

Reactie plaatsen

Verplicht veld