Vrienden van het Diemerbos

HOOG AAN DE WIND

 

Inspraak Amsterdam  "windmolens" 26 november 2024

De Vrienden van het Diemerbos hebben een zienswijze ingebracht bij de voorbereiding van het nu aan de orde zijnde besluit. In aanvulling daarop wil ik u, volksvertegenwoordigers in de gemeenteraad van Amsterdam nu het volgende meegeven in de verwachting dat dit u zal helpen de publieke belangen van de bewoners van Amsterdam te behartigen.

De Vrienden van het Diemerbos zien het klimaatprobleem als het grootste probleem voor de toekomst. Een boekenkast vol met studies over de impact van de gevolgen van de uitstoot van broeikasgassen voor het klimaat en de betekenis hiervan voor de wijze waarop wij in staat zijn onze leefomgeving in te richten onderbouwt dit. Onze besluiten nu trekken hun sporen naar de toekomst. Toekomstige generaties zullen ons beoordelen op de besluiten die wij - en vooral u -  gaan nemen.

Wij hechten eraan hier op te merken, dat wij het gemeentelijk proces, dat tot de voorliggende besluitvorming heeft geleid waarderen en zorgvuldig  achten. Wij hebben er begrip voor dat niet alle zienswijze van een aparte reactie voorzien konden worden.

Het klimaat probleem is niet alleen inhoudelijk, maar ook bestuurlijk een complex probleem.

Vanuit de optiek dat je problemen daar op moet lossen waar deze zich voordoen geldt voor het klimaat probleem een lokale, een provinciale, een landelijke en ook een internationale invalshoek. De internationale akkoorden moeten uiteindelijk op lokaal niveau hun uitwerking krijgen. En omgekeerd moeten lokale maatregelen worden gefaciliteerd door centralere besluitvorming. Een gezamenlijk doel is alleen te bereiken door samenhangende acties, strategisch, tactisch en operationeel.

Inhoudelijk heeft het klimaatvraagstuk tal van raakvlakken met andere beleidsvraagstukken. Het gebruik van fossiele brandstoffen heeft de technische ontwikkeling en daarmee de economie en daarmee onze welvaart aangejaagd. Tegelijk veroorzaken de broeikasgassen die bij de verbranding van die fossiele brandstoffen vrijkomen risico's, die een zware aanslag op die economie vormen. Wonen, vervoer, landbouw, veeteelt,  waterhuishouding, gezondheidszorg, veiligheid, er zijn nauwelijks beleidssectoren te bedenken, die geen relatie hebben met het klimaatprobleem

In dit gehele complex mogen de gemeenten met hun regionale energiestrategieën zich vooral bezighouden met locaties voor zon en wind en daar krijg je de handen van de kiezers niet gemakkelijk voor op elkaar. Zonneweiden en windmolens hebben immers veel impact op gezondheid en belevingswaarden. Hier ligt voor de overheid als geheel een overtuigingsopdracht. Het gebrek aan overtuigingskracht is de zwakke schakel in de stukken, waar vandaag over gesproken wordt.

Zon en wind zijn immers niet de eerste optie om het klimaatprobleem op te lossen. Energie-efficiency hoort daar naar de mening van de vrienden van het Diemerbos aan vooraf te gaan; eerst energy-efficiency en dan pas energie-transitie. Pas als de mogelijkheden van energie-efficiency optimaal worden benut, dan pas komen zon en wind in beeld. Energie-efficiency kent twee kanten: het voorkomen van het gebruik van energie en het zo zuinig mogelijk gebruiken van energie.

Een paar voorbeelden van het voorkomen van en besparen op het gebruik van energie.

  • Een prijsprikkel maakt het aantrekkelijk om energiebesparing te stimuleren. Tijdens de energiecrisis is het energiegebruik beduidend verminderd. Bedrijven zijn best bereid om energie te besparen, maar dan moet er wel een gelijk speelveld zijn. En daarvoor zijn regels nodig. Die ontbreken.
  • Compact bouwen en het mengen van wonen en werken vermindert de vervoersbehoefte en daarmee de uitstoot van broeikasgassen,
  • Een vervoerstransitie van particulier naar openbaar vervoer,
  • Het terugbrengen van de op export gerichte veestapel bespaart de uitstoot van het zware broeikasgas ammoniak en spaart op uitstoot als gevolg van transport.

En zo zijn er nog veel meer mogelijkheden. De gemeente Amsterdam doet zijn best, maar op rijksniveau laten onze volksvertegenwoordigers het afweten. Veel mooie woorden, maar weinig effectief beleid. Ook internationaal is het een droefenis. In 2015 met gejuich de klimaatakkoorden van Parijs bejubelen en in 2024 constateren, dat de CO2 uitstoot is toegenomen en de 1,5 graden opwarming is overschreden.

De voornemens van de gemeente Amsterdam voor windenergie wringen door de afwezigheid van het beleid van andere overheden.

Een voor Amsterdammers berucht voorbeeld van hoe de beleidsopties wringen is het rijksbeleid ten opzichte van de luchtvaart. De luchtvaart is de grootste uitstoter van broeikasgassen maar wordt geen milligram CO2 uitstoot in de weg gelegd; geen accijns op kerosine, geen BTW heffing op vliegtickets. Geen gemeentelijk beleid, maar de burger maakt dergelijke onderscheiden niet.

Nog een voorbeeld uit alleen al de luchtvaart. Voor het gemeentelijk beleid voor windmolens wordt de tiphoogte van molens beperkt tot 145 meter. Hoge molens leveren beduidend meer energie en hebben minder impact op de belevingswereld. Dergelijke energie-efficiënte molens zijn echter niet toegestaan vanwege de aanvliegroutes van de vliegtuigen.

Afwezigheid van adequaat rijksbeleid ondermijnt de geloofwaardigheid van het gemeentelijk beleid en dat zien wij terug in de inspraak. De gemeente is de gebeten hond door het falen van onze nationale overheid. Ons advies aan de raad is daarom: geef uw opdracht van de regionale energiestrategie terug aan het rijk en zet met volle kracht in op een verdere energie-efficiency.

 

 

Reacties

Reactie plaatsen

Verplicht veld